Ice Dragon

Mik (11) leidt een chaotisch leven in Solna, een grauwe voorstad van Stockholm. Hij woont daar met zijn oudere broer Tony, op wie hij dol is, en zijn drankzuchtige vader. Mik is gefascineerd door walvissen; in het Zoölogisch Museum luistert hij naar hun geluiden. Walvissen zingen om bij elkaar te blijven en ze kreunen wanneer ze de weg kwijt zijn, zoals ook Miks vader kreunt, als Mik hem weer eens uitgevloerd aantreft. Wanneer de situatie thuis onhoudbaar wordt – vader wordt in een ontwenningskliniek geplaatst en broer Tony komt in aanraking met justitie – grijpt Jeugdzorg in. Mik zal tijdelijk bij familie geplaatst worden totdat een geschikt pleeggezin is gevonden. Geheel tegen zijn zin wordt Mik op de bus gezet die hem naar Selet in het hoge noorden van Zweden bij tante Lena zal brengen. Mik mist zijn vader en Tony, maar Lena maakt met haar levenslustige en non-conformistische levensstijl veel goed. Al snel is Mik bevriend met de twaalf kinderen waaruit de gehele schoolbevolking bestaat. Samen halen ze kattenkwaad uit, bouwen een sneeuwscooter en storten zich in levensgevaarlijke avonturen... (Twin Film)